Van origine is ’t Kromhout een reddingssloep, afkomstig van één van de vier vrachtschepen van het type “Java”, die voor de stoomvaartmaatschappij Nederland gedurende de bezetting zijn gebouwd: de motorschepen “Sumatra”. “Celebes”, “Bali” en “Borneo”.

Het eerst schip van deze klasse, het m.s. “Java”, werd in juni 1939 in de vaart gebracht. De “Java” was in Duitsland gebouwd, als een van de zogenaamde compensatie-objekten. In 1939/’40 werden de vier zusterschepen besteld: twee bij de Nederlandse scheepsbouw Mij., één bij de Rotterdamse Droogdok Mij. en één bij de Kon. Mij. De Schelde.

Laatstgenoemd schip werd “Borneo” gedoopt, en in 1943 te Vlissingen te water gelaten. Kort daarop werd het naar Dordrecht gesleept, en vandaar weer in februari in 1944 naar Rotterdam. Eerst in januari 1946 bracht men het casco weer naar Vlissingen terug, opdat het schip zou kunnen worden afgebouwd. Tengevolge van de moeilijkheden met materiaal-leveranties en personeelsvoorzieningen, duurden deze werkzaamheden nog bijna twee jaar. Op 24 december 1947 hield de “Borneo” met succes de proeftocht en drie dagen daarna werd het schip te Amsterdam door de S.M.N. overgenomen. Het zusterschip “Bali”, dat bij de R.D.M. was gebouwd, kwam tegelijkertijd gereed, zodat in de laatste week van december 1947 twee nieuwe schepen van de S.M.N. gereed lagen om te vertrekken.

De “Sumatra” en “Celebes” werden nog gedurende de bezetting voltooid en naar Duitsland gevoerd, doch beide na de capitulatie teruggevonden. De “Sumatra” was vrijwel onbeschadigd, zodat dit schip direkt in de vaart kon worden gebracht. De “Celebes” had echter ernstige schade aan het voorschip en arriveerde 2 december 1945 van Hamburg te Amsterdam. Na bijna een jaar in reparatie te hebben gelegen, aanvaardde de “Celebes” op 22 november 1946 de eerste reis naar “de gordel van smaragd”. Ook het m.s. “Java” bleef behouden, zodat eind 1947 alle vijf schepen van deze klasse in de vaart waren. Deze snelvarende vrachtschepen zijn ongeveer 9.400. b.r.t. groot en hebben een snelheid van 16 mijl. Ze zijn uitgerust met dieselmotoren van 8.000 APK, terwijl aan boord zich een uiterst gerieflijke accommodatie bevindt voor 26 passagiers. De bemanning bestaat uit 45 koppen en 14 Javanen. Begin 1948 bestelde de S.M.N. nog een zesde schip van dit type bij de Nederlandse Dok en Scheepsbouw Mij. De “Java” en haar zusterschepen worden zowel gebruikt op de Indië-route, als op de buitenlijnen van de S.M.N.

(bron: website 't Juiste Tuig)